De kosmische proportie van de menselijke figuur

De kosmische proportie van de menselijke figuur

 

Proportie is de evenredigheid van de verschillende samenstellende delen met het geheel. Het menselijk lichaam is een goed voorbeeld van zulke harmonische proporties, waarbij het menselijke frame zo correct is gevormd dat de verschillende leden in verhouding staan tot het geheel.

De Oud-Egyptische canon voor de harmonische proportie van menselijke figuren verschilde alleen tussen kinderen en volwassenen. De verschillen weerspiegelden de werkelijke fysieke verschillen in deze twee fasen. Bij de geboorte is het de navel die de lengte van het kind in twee helften verdeelt. Bij het rijpen (het bereiken van de puberteit) bevindt de kruising van beide benen (voortplantingsorganen) zich halverwege de hoogte van de volwassen figuur. De positie van de navel verdeelt nu de hoogte in ongelijke delen, waardoor de delen en het geheel in overeenstemming zijn met de Neb (Gouden) Verhouding.

De oudste ontdekte documenten uit de 5e Dynastie laten zien dat het hoogst gedefinieerde punt langs de verticale as de haarlijn van het hoofd van de persoon is, weergegeven in het aardse rijk.

Egyptische figuren markeren zorgvuldig – met een hoofdband, kroon, diadeem of gewricht – een scheidslijn voor de bovenkant van de schedel van de aardse mens, waardoor de kruin van de schedel wordt gescheiden. De hoogte van het lichaam werd gemeten exclusief de kruin, zoals hier weergegeven in dit teruggevonden Oud-Egyptische raster.

De weergave van de neteru (goden/godinnen) en/of mensen in het hiernamaals worden weergegeven op een 18-vierkant raster, over de volledige hoogte tot aan de bovenkant van het hoofd (dus inclusief de kruin van het hoofd).

Het hoogteverschil tussen de twee rijken weerspiegelt het diepe begrip van de oude Egyptenaar in de fysiologie en de rol van mensen op aarde.

Door de verwijdering van dit deel van het menselijk brein (de kruin van het hoofd) blijft de mens in leven, maar zonder onderscheidingsvermogen, en dus zonder persoonlijk oordeel. De persoon bevindt zich in een vegetatieve toestand en leeft en handelt alleen als uitvoerder van een impuls die hij ontvangt, zonder daadwerkelijke keuze. Het is als iemand die in coma ligt.

De navel bevindt zich ongeveer 11,1 rastervierkanten vanaf de onderkant van de hiel op het 18-vierkantige rastersysteem (of dezelfde equivalente verhouding van 0,618 voor raster- of niet-rastersystemen). Een dergelijke verdeling volgt de wetten van harmonie tussen de twee delen zelf, en de delen van het geheel, volgens de volgende twee relaties:

1. De verhouding tussen de twee (bovenste en onderste) delen van de goddelijke hoogte (18 rastervierkanten) is harmonisch.

Boven: Lager is 0,618
Onder: Boven is 1.618

2. Tussen de twee delen tot de gehele eenheid (goddelijke hoogte) – waarbij de volledige hoogte (tot aan de haarlijn van het hoofd van de aardse mens) als 1 wordt beschouwd – is het lichaam van de voeten tot de navel, in de Egyptische canon, gelijk aan de omgekeerd evenredig aan de Neb (Gouden) Proportie (1/N), dwz 0,618. Het gedeelte vanaf de navel tot aan de haarlijn van het hoofd is gelijk aan de macht 2 van het omgekeerde van de Neb (Gouden) Verhouding (1/N2), oftewel 0,382.

1/N+1/N2 = 1
0.618 + 0.382 = 1
waarbij N = de Neb (gouden) verhouding (1,618)

Vanwege de nauwe relatie tussen de Sommatiereeks en de Neb (Gouden) verhouding, zien we dat de verschillende delen van de figuur ook de Sommatiereeks volgen [zoals weergegeven in het bovenstaande originele raster uit KV22 van Amenhotep III].

Meer over wiskunde in het oude Egypte vindt u in de bijlagen van dit boek.

 

[Een uittreksel uit De oude Egyptische metafysische architectuur door Moustafa Gadalla]
https://egyptianwisdomcenter.org/product/de-oude-egyptische-metafysische-architectuur/

https://egyptianwisdomcenter.org/product/de-oude-egyptische-metafysische-architectuur/